24 Capriccios for violin from the Netherlands

24 Capriccios for violin from the Netherlands NM 92120

Het lijkt alsof er de laatste jaren een nieuw idee rondwaart. Je vraagt een aantal Nederlandse componisten om naar aanleiding van een beroemd werk of beroemde serie werken uit het klassieke repertoire hun eigen versie te schrijven. Zo verzocht Eleonore Pameijer enige jaren geleden tien componisten om zich te laten inspireren door de levendige en grillige Fantasieën voor fluit solo van Georg Philipp Telemann en een muzikaal commentaar op één van de fantasieën te schrijven.

Aan het begin van de negentiende eeuw schreef Nicolò Paganini 24 Capricci voor viool solo, op. 1. Paganini oogstte hiermee veel roem; de capriccio’s zijn tot op de dag van vandaag belangrijke werken. In 1998 gaf de Rotterdamse Kunststichting opdracht aan 24 in Nederland wonende componisten om een capriccio voor viool solo te schrijven in de traditie van Paganini’s beroemde capriccio’s. Deze werken zijn net als bovengenoemde Fantasieën bij Donemus in een verzamelbundel uitgegeven. Drie violisten, te weten Janine Jansen, Joris van Rijn en Benjamin Schmid, werden gevraagd om ieder acht capriccio’s op cd op te nemen.

Het resultaat is een prachtige dubbel-cd, vorig jaar uitgebracht. Het is jammer dat de oudste componist in dit project, de door ons zeer gewaardeerde Marius Flothuis (1914-2001), het verschijnen van deze cd niet meer heeft kunnen meemaken. Zijn Capriccio klinkt melancholisch en vol verlangen. Één componist, Chiel Meijering, wil dat zijn caprice door een vrouwelijke violist wordt vertolkt. De partituur van zijn buitengewoon veeleisende werk getiteld “La vengeance d’une femme”, bevat typische Meijering-grapjes, met aanmoedigingen zoals “Keep on coming, baby!”.

Twee van de 24 componisten op deze dubbel-cd zijn vrouwen: Caroline Ansink en Vanessa Lann. Ansinks Capriccio is gebaseerd op een motief van drie tonen. Op allerlei manieren, bijvoorbeeld door snelle herhalingen, dubbelgrepen en trillers, wordt het stuk uitgebouwd. Naar het eind toe wordt een langzaam gedeelte geleidelijk getransformeerd naar een zeer snelle ritmische passage.

Lann heeft haar werk de titel “The Key to the Fourteenth Vision” meegegeven. Haar Capriccio is duidelijk gebaseerd op de veertiende caprice van Paganini, op hetzelfde korte ritmische motief en in dezelfde toonsoort. Net als Paganini’s Caprice moet de violist op dit ritmisch motief twee-, drie- en vierstemmig akkoorden spelen. Lanns tonale Capriccio doet prettig aan tussen de grillige maar boeiende werken van Michel van der Aa en Guus Janssen. Mijns inziens een geslaagd project.

Helen Metzelaar (Nieuwsbrief 33, april 2003)